Onder de loep
Griegs Peer Gyntsuites nr. 1 & nr. 2
Aan de hand van enkele muziekfragmenten nemen we je mee in het verhaal van Grieg en zijn Peer Gynt orkestsuites.
Veel lees-, luister- en ontdekkingsplezier!
Dat de categorie bekende muzikale peren niet van knallers gespeend is, hoef ik een muziekliefhebber wellicht niet te vertellen: Satie’s Trois morceaux en forme de poire, een publiekslieveling als Peergolesi… al spannen de twee Peer Gyntsuites van Edvard Grieg ongetwijfeld de kroon. Akkoord, dit is een ronduit gekke inleiding, maar wie kan ten slotte ernstig blijven als het over Peer Gynt gaat?
In de Noorse volksverbeelding staat de man al sinds eeuwen bekend als een onverbeterlijke grapjas. Die reputatie maakte hem voor Henrik Ibsen in 1867 de geknipte protagonist voor een gelijknamig toneelstuk. Het werd echter allesbehalve een klucht. Peer Gynt handelt over over egoïsme, bekrompenheid, hypocrisie, zelfverloochening en gewetenloos kapitalisme. Een grap kan immers snel bederven. Shakespeare vergeleek het in zijn Twelfth Night al met een handschoen van zacht geitenleer: “How quickly the wrong side may be turned outward!” En dat moet Peer tot zijn scha en schande ondervinden. Hij belooft zijn moeder keizer te worden, maar wordt ondanks al zijn bokkensprongen uiteindelijk slechts keizer van de gekken.
Omdat het stuk is onderverdeeld in vijf akten en drie levensfasen en omdat Edvard Grieg zijn toneelmuziek herwerkte tot slechts twee suites, die bovendien geen acht slaan op de oorspronkelijke chronologie, volgen hieronder vier fragmenten met tekst en uitleg. Kwestie van niet gek te worden.
Ochtendstemming
Ochtend, ja, maar in medias res. Walt Disney maakte op basis van deze pastorale muziek ooit een tekenfilm met geeuwende bloemetjes en zich uitrekkende bijtjes. Bij Ibsen gaat het echter om een dageraad op een Marokkaans strand. De lieflijke hoofdmelodie staat echter in fel contrast met de scène die erop moest volgen. Peer Gynt, die berooid is achtergelaten door zijn handelspartners, wordt wakker in een acaciaboom en moet meteen een troep plaagzuchtige apen van zich afslaan. Dat moet een behoorlijk komisch effect hebben opgeleverd. De verheffing van natuurpracht versus de aardse kolder van het menselijk bedrijf. (Peer Gyntsuite nr. 1)
→ Muziekfragment 1: Klik hier
In de hal van de Bergkoning
Doet dit deel u ook zo denken aan Paul Dukas’ symfonische gedicht De tovenaarsleerling? Eenzelfde versnellend marsritme, dezelfde ondeugende fagotklank, een gelijkaardige magische sfeer… En inderdaad, net als Goethes ballade, waar Dukas zich op baseerde, spelen magie en hoogmoed hier een rol. Peer Gynt is immers wegen onfatsoenlijk gedrag verstoten door zijn omgeving en zwervend bij de trollenkoning terecht gekomen. Hij wordt in de troonzaal geleid, waar hij ervan beschuldigd wordt de aartslelijke kroonprinses verleid te hebben. Peer Gynt speelt een gevaarlijk spelletje en krijgt het aan de stok met een hoop kobolden. Net op tijd brengen kerkklokken in het dal op miraculeuze wijze redding. (Peer Gyntsuite nr. 1)
→ Muziekfragment 2: Klik hier
Åses dood
Peers moeder Åse is een van de belangrijkste personages. Zij is het die hem telkens tot de orde roept. Getergd door de fratsen van haar zoon, roept ze in het eerste bedrijf haar wanhoop uit: "Ach, lag ik maar in mijn kist! Hemel, was 'k maar nooit geboren!" Halverwege het stuk is het dan zo ver. In een prachtige scène begeleidt Peer zijn bange moeder naar het hiernamaals door haar een gelukkige hemelse toekomst voor te spiegelen. Grieg weet dit zeldzaam moment, waarop Peer Gynt zich een goed mens toont, goed te vatten. Waardige strijkmuziek met een gezonde portie pathos. De tranen van de clown. (Peer Gyntsuite nr. 1)
→ Muziekfragment 3: Klik hier
Peer Gynts terugvaart
Iedereen kent wel het verhaaltje, waarin een man tegen zijn vrouw zegt even om sigaretten te lopen, maar vervolgens nooit meer terug komt. Eigenlijk is Peer Gynt daar een variant op. Hoewel. Na jaren onrust en een zwerftocht tot in Afrika heeft hij er finaal genoeg van. De terugweg loop echter niet over rozen en Peers schip vergaat in een storm. Grieg zoekt het niet te ver. Orkestrale tutti’s in plotse fortissimo zijn de bliksem, neerwaartse fluittrekjes zijn de wind die aan de zeilen rukt. Ondertussen duikt de dood op en jaagt Peer de stuipen op het lijf. Op die manier wordt zijn kentering maar ook zijn ondergang ingezet. Spoiler alert: Peer overleeft de scheepsramp maar sterft alsnog, na een halve eeuw van huis, in de armen van zijn geliefde Solveig, die al die tijd op hem is blijven wachten. Doek. (Peer Gyntsuite nr. 2)